Terug naar site

Intervisie of supervisie 

Begin september start ik met een nieuwe groep

Als ik aan cliënten aan het einde van een therapie vraag, waar ze het meest aan gehad hebben in therapie, is bijna altijd de reactie: De matjes.

Hoe werken de matjes?

Mijn werkwijze met de matjes is als volgt: Ik laat de client een matje voor zichzelf neerleggen en dan wacht ik af wat de client zegt. Vervolgens laat ik de werkwoorden neerleggen die de client net genoemd heeft. Zo ontstaat een relatie met de werkwoorden die de client gebruikt. De werkwoorden geven een beweging of een betrekking weer met het zelf.

Een enkele keer leg ik zelf de matjes neer, maar meestal laat ik de client zelf het beeld op de grond neerleggen. Zo ontstaat een uitsnede uit de werkelijkheid in een beeld van hetgeen de client bezig houdt.

Er zijn vele methoden om deze uitsnede van de werkelijkheid, dit beeld te verwerken.

Volgens mij is er eerst een beeld en daarna geven we woorden aan onze ervaring. Werd dit beeld vroeger erkend of niet?

De matjes geven een intern beeld, dat naar buiten wordt geprojecteerd. Met wie en wat voelt een client zich verbonden; wie zien ze niet of wie ziet hen niet; wie staat heel
dicht bij, en hoe wordt dat ervaren of ver af en hoe wordt dat ervaren; wordt er naar elkaar geluisterd en zien ze elkaar; met wie hebben energieën of concepten of personen contact en met wie niet; kan de client bewegen of niet. Als de client beweegt en een andere positie inneemt, welk matjes willen dan meebewegen. Liggen matjes op een rij en wat betekent dat.

Er is een verschil of je zegt mijn moeder had weinig aandacht voor mij en daarover praat en je schuldig voelt dat je als client je moeder afvalt of dat je ziet dat een moeder de andere kant op kijkt. Waar kijkt ze naar, waar is ze mee bezig en wat betekent dit voor de client.

Zo wordt gezien dat moeder of verdriet echt geen aandacht aan de client schenkt, zonder dat het verwoord hoeft te worden. Het wordt zichtbaar dat moeder of verdriet zich niet kan distantiëren van iets uit het verleden en de pijn of angst die dit veroorzaakt, is voor de client zichtbaar. Ook al weten we niet waar moeder of verdriet naar kijken. Trouwens het kan iets zijn waar generaties al niet naar gekeken wordt. Of waar onze cultuur niet naar wil kijken.

Deze methode is in eerste instantie non-verbaal en daar cliënten geen woorden of taal geleerd hebben om met bepaalde spanningen om te gaan, volg ik hun proces en geef aan wat me
opvalt. (Ik laat ze geen zinnen zeggen, zoals bij familieopstellingen wel gebeurde, ik volg
alleen wat de client aangeeft, los het niet op. Dat gebeurt vanzelf).

Voorbeelden van matjes

broken image

Foto links: De client ziet er tegen op om naar de groep te gaan.

Foto midden: Allen kijken naar het middelste matje.

Foto rechts: Client wordt onzichtbaar.

Dissociatie

Ik geef een voorbeeld van dissociatie, omdat dat vaak niet herkend wordt in de therapie. Als cliënten een matje boven op zichzelf zetten dan zijn ze onzichtbaar (zie foto geheel links). Voor mij een signaal van dissociatie. Waarom moeten ze zichzelf verbergen. Ik leg uit dat als iemand of iets boven op je staat dat je dan niets kunt verwerken. Je wilt alleen maar weg (flight) of je staat aan de grond genageld (freeze), net als een konijntje in de lampen van een auto. Je bent alleen aan het overleven. Ik demonstreer met mijn handen dat je dan alleen stiekem weg kunt gaan en vraag om het matje voor zichzelf heel voorzichtig onder de matjes weg te halen. Ik zeg erbij dat ik begrijp dat ze dat niet zelf durven te doen en zich schuldig voelen als ze dat zouden doen.

In bovenstaand voorbeeld met de matjes blijkt een client een vraag op te vatten als een opdracht om het op te lossen en voelt zich angstig als iets niet opgelost wordt. Ik laat dan een matje kiezen voor zichzelf, een voor de vraag, een voor het oplossen en een voor de angst. Tot mijn verbazing liggen alle matjes boven op het zelf. Een duidelijk voorbeeld van dissociatie. Ik vraag om het zelf er stiekum onder uit te halen. De client gaat dan heel ver weg staan, maar wil nog wel kijken wat er gebeurt. Het voelt beter om zo ver weg te staan. Hierna wacht ik af wat de client hiervan vindt.

Een client merkte op dat door het buiten zichzelf plaatsen van de energieën of concepten, ze bestaansrecht krijgen. Doordat de client deze energieën op de grond neerlegt, wordt het beeld dat ze innerlijk meedragen naar buiten geprojecteerd. Bovendien worden aannames, impliciete herinneringen, lichaamsgesteldheid, die vaak emotioneel verborgen zijn, erkend. De client ziet de eigen reactie op de tot nu toe onbewuste dynamieken. Mijn ervaring is dat in een verbale therapie je niet zoveel nuances zien en kunt bespreken.

Ik zelf ben vaak verrast te zien welk beeld er neergelegd wordt: personen of energieën
die ik niet verwacht had, blijken ineens heel belangrijk te zijn.

Samenvattend:

Zoals je ziet begin ik met een beeld, en benoem wat me opvalt en vraag na of de client dat ook ziet, b.v. dat de client tussen de ouders of een andere energie in gaat staan en vraag na hoe dat ervaren wordt. Of hoe het is dat een client bv niet kan kijken naar het matje angst.

  • Door het benoemen wat ik zie geef ik de client de kans om iets te verwoorden wat ze zouden kunnen ervaren. Cliënten zeggen dan dingen die ze altijd voor zich gehouden hebben. Ze zijn vaak verbaasd over hun eigen reactie.
  • Voor mij is alles wat de client zegt en hoe het gezegd wordt belangrijk en ik luister heel precies naar de eerste zinnen hoe de hulpvraag wordt verwoord en wat ze zeggen als ze op zichzelf staan. Deze interactie wordt getoond, en de client is zelf verantwoordelijk voor het beeld. Ik vraag wel of het de goede film is.
  • Cliënten zien zichzelf in de opstelling staan en zien de interactie. Het gevolg is dat er minder gepraat wordt over: gerationaliseerd of in de verdediging gegaan wordt en nog eens uitgelegd wordt, etc. Cliënten krijgen niet de kans om uit te wijden en de focus blijft op het beeld wat de client heeft neergelegd en dat zowel door de therapeut als de client wordt gezien.
  • Ik benoem gedrag niet als weerstand maar als overlevingsgedrag, wat een andere houding van mij impliceert en voor de client duidelijk maakt dat het om een oud beeld gaat.
  • Cliënten staan ook op andere personen of concepten en voelen wat er gebeurt bij anderen.
  • Cliënten zien oorzaak en gevolg, maar niet lineair, maar ze zien bewegingen en zien en voelen hoe ze zelf reageren op deze bewegingen.
  • De context is voor therapeut en client hetzelfde.
  • Vaak zeggen cliënten: ik wist het wel, maar nu zie ik het. Het is verhelderend. Of: Ik zocht het altijd buiten mezelf, maar nu zie ik, dat het de angst is waarom ik niets zei, maar ze zagen nooit wat ik nodig had.
  • Je volgt alleen de client, ook al is het in jouw ogen vreemd, maar op een gegeven moment wordt voor mij duidelijk waarom iets zo geformuleerd wordt.
  • Doordat je als therapeut alleen volgt, blijf je dicht bij de beleving van de client en wat de client aankan. Als therapeut maak je dan niet zo snel een sprong, waardoor de client weer in zijn hoofd gaat zitten.
  • Hoewel lichamelijk nog sneller gereageerd wordt dan het beeld en dan pas de woorden die daarbij horen komen, is het voordeel om met het beeld te beginnen dat de lichamelijke reacties begrepen worden, passend bij het beeld en ook gewerkt kan worden om de lichamelijke reactie te beleven en te verwerken.
  • Het is een interactioneel of relationeel model, waarin alles positief wordt benoemd, b.v. “om te overleven mocht je dit niet voelen of er iets van zeggen; wat had je anders kunnen doen”. Kinderen zijn afhankelijk van hun ouders en moeten sommige ervaringen verdringen. Dit wordt een patroon later in hun leven om met spanningen om te gaan. Dit is het patroon waarmee ze overleefd hebben in het gezin van oorsprong. Gevoelens worden in de therapie erkend en zelden geduid.
  • Leven is bewegen en bij deze vorm van therapie, wordt duidelijk waarom. Flexibel zijn en andere posities kunnen innemen, hoort bij het leven.
  • En als laatste, het wordt beleefd en mijn therapieën duren korter sinds ik deze theorie of zienswijze toepas en begin met een beeld.

Begin september wil ik weer met een groepje deze methode gezamenlijk verder uitwerken. Als je het leuk vindt om mee te doen, stuur me een mail.

Email: carolien.entrop@kpnmail.nl